Arthroscopie van de knie
Wat is een artroscopie?
Een artroscopie is een kijkoperatie in een gewricht (in jou situatie: het kniegewricht).
Verschillende aandoeningen in de knie (zoals meniscusscheuren, losse stukjes bot of kraakbeen, kruisbandscheuren, kraakbeenbeschadigingen en slijmvliesontsteking) kunnen met een artroscopie onmiddellijk gezien worden.
Een meniscusscheur leent zich bij uitstek voor een artroscopische behandeling. Alleen het gescheurde deel wordt verwijderd en het intacte deel blijft op zijn plaats. Dit is beter voor het gewricht omdat verwijdering van de gehele meniscus tot slijtage kan leiden.
Losse stukjes kraakbeen en bot kunnen ook door middel van een artroscopie worden verwijderd.
De operatie zelf
De artroscopie wordt uitgevoerd in de operatiezaal onder algemene anesthesie (= volledige slaap) of onder locoregionale verdoving (= alleen de benen en een deel van het onderlichaam worden verdoofd na een prikje in de rug).
Om een helder beeld te bekomen werkt men meestal onder bloedleegte. Hiervoor wordt het bloed in het been weggestreken met een elastische band en daarna bloedleeg gehouden met een knelband.
De knie wordt gefixeerd in een klem.
Vervolgens wordt een dunne lens langs een kleine insnede in het gewricht gebracht. Deze lens (kijker) wordt aangesloten op een camera en een lichtkabel die verbonden zijn met een TV-scherm.
Tijdens de artroscopie wordt het gewricht met vocht gevuld, zodat er meer ruimte in de knie komt en het gewricht continu gespoeld kan worden.
De binnenzijde van het kniegewricht kan zo worden nagekeken voor de diagnosestelling en/of behandeling.
Een behandeling wordt uitgevoerd via twee (uitzonderlijk drie) gaatjes van een paar millimeter met behulp van fijne instrumenten. Na het verwijderen van de instrumenten worden de wondjes gesloten met enkele hechtingen of strips.
Na de operatie komt er een stevig wattenverband om de knie of wordt een gipsspalk aangebracht.
Dag voor ingreep
Lees de ZNA Opnamebrochure die je meegekregen hebt. Alle nuttige inlichtingen staan hierin vermeld.
Neem even tijd om de preoperatieve vragenlijst in te vullen.
Zijn alle resultaten van eventuele vooronderzoeken en RX opnames in het ziekenhuis? Indien niet, breng ze zeker mee.
Je gewone medicatie mag je meestal voor een heelkundige ingreep verder innemen. Dit geldt echter niet voor alle medicatie (bvb. bloedverdunnende medicatie, middelen tegen suikerziekte).
Dag van ingreep
Vooraf
Je bent nuchter vanaf middernacht. Nuchter betekent: niets eten, niets drinken (ook geen water) en bij voorkeur, niet roken!
Indien je medicatie neemt: bespreek vooraf met de huisarts tot wanneer deze mag genomen worden.
Als je geopereerd wordt in het chirurgisch dagziekenhuis: meld je op het afgesproken uur aan de balie van het chirurgisch dagziekenhuis. Een medewerker zal je naar de kamer begeleiden.
De preoperatieve vragenlijst wordt overlopen.
Je krijgt een operatiehemd.
Je krijgt medicatie ter voorbereiding op de verdoving.
Je knie wordt geschoren.
Eventuele tandprothese, uurwerk, juwelen, bril, contactlenzen en piercings worden eerst verwijderd.
Je wordt naar de operatiekamer gebracht waar de verpleegkundige je daar zal opvangen. In de operatiezaal is het chirurgisch team aanwezig en bemerk je ook alle bewakingsapparatuur die opgesteld is om je operatie in uiterst veilige omstandigheden te laten verlopen.
Na de operatie (in de ontwaakruimte)
Na de operatie ontwaak je in de ontwaakruimte. Daar verblijf je, onder toezicht van een verpleegkundige en onder supervisie van een anesthesist tot de verdoving volledig uitgewerkt is.
Misselijk zijn en een droge mond of rillingen hebben, zijn normale symptomen bij het ontwaken.
Je krijgt pijnstillende medicatie. Soms is de voorgeschreven medicatie onvoldoende. Aarzel in dit geval niet om de verpleegkundige te informeren.
De verpleegkundige zal zo nodig de operatiewonde nazien.
Je been wordt iets omhoog gelegd.
Controles
De verpleegkundigen zullen regelmatig je polsslag en bloeddruk meten. Ook het verband en het operatiegebied wordt nagekeken.
Pijnbestrijding
De nodige pijnmedicatie is voorgeschreven. Als deze echter onvoldoende werkt, aarzel niet om de verpleegkundige te informeren. Hij/zij zal op voorschrift van de arts de pijnmedicatie aanpassen.
Wonde
Na de operatie is rond de knie een wattenverband of gipsspalk aangebracht. Op dit verband kan dan ijs gelegd worden om pijn en zwelling te voorkomen.
Voeding en drinken
De eerste uren van de operatie mag je enkel de mond bevochtigen. De verpleegkundige zal aangeven wanneer je terug mag drinken en eten.
Ontslag (als de ingreep doorgaat in het dagziekenhuis)
De chirurg geeft je informatie over wat bij de artroscopie is gezien en wat eventueel als behandeling is uitgevoerd.
Wat krijg je mee naar huis?
Indien nodig een attest voor werk, school, verzekeringsformulieren.
Afspraak voor consultatie en bijhorende brief.
Brief voor de huisarts.
Apotheekvoorschrift voor pijnstillende medicatie of enkele pijnstillende bruistabletten.
Apotheekvoorschrift voor bloedverdunnende medicatie.
Eventueel voorschrift voor thuisverpleging.
Eventueel enkele verbandjes met een beschermend plastiek laagje.
Krukken zijn niet aan te raden. (enkel gebruiken indien dit uitdrukkelijk door de chirurg gezegd wordt)
Zorg ervoor dat iemand je afhaalt en begeleidt.
Dag na de ingreep
Verband
Daags na de ingreep mag het wattenverband om de knie of de gipsspalk verwijderd worden. Deze waren aangebracht om de knie de eerste 24 uren na de ingreep te beschermen tegen bruuske bewegingen.
De verbandjes met plastieklaagje mogen aanblijven tot de dag van de raadpleging bij de huisarts.
Met deze verbandjes mag je douchen, niet baden.
Thuismedicatie
Indien voorgeschreven start vandaag de toediening van de bloedverdunnende medicatie die bestaat uit een onderhuidse inspuiting 1 x per dag gedurende 10 dagen.
Bekijk hier hoe je de inspuitingen correct toedient.
Pijnmedicatie
Veel pijn na de operatie is niet te verwachten. De pijn kan met medicatie doeltreffend behandeld worden. Deze zal je voorgeschreven worden.
Oefeningen
De dag na de ingreep start je met eenvoudige oefeningen die je achteraan in deze brochure kan vinden.
IJs op de knie aanbrengen mag (een cold-pack mag je telkens ongeveer 15 minuten op het gewricht plaatsen om zwelling te voorkomen of te behandelen).
Bekijk hier het oefenschema na arthroscopie.
Ontslag (als je in het ziekenhuis overnacht hebt)
Zie ook: Ontslag (als je geopereerd bent in het dagziekenhuis)
Op controle bij de arts
8 tot 10 dagen na de ingreep mogen de hechtingen verwijderd worden door de huisarts.
Een 3-tal weken na de ingreep kom je op consultatie. Meestal ben je dan reeds terug aan het werk.
Complicaties
Bij elke operatie zijn complicaties mogelijk, gelukkig zijn ze bij een arthroscopie zeldzaam.
Dikke knie (meestal te wijten aan irritatie van het slijmvlies); soms kan medicatie worden voorgeschreven.
Nabloeding
Infectie
Alarmtekens: temperatuur, abnormale vochtafscheiding thv. de wondjes, roodheid, pijnlijke bewegingen van de knie.
Flebitis (Alarmtekens: zwelling van het been, pijn in de kuit).
Bij ongerustheid, blijvende pijn en/of problemen:
Raadpleeg je huisarts
Consultatie orthopedie
Bij dringende zorgen:
Contacteer de spoedgevallenafdeling
OEFENINGEN NA ARTHROSCOPIE
In de meeste gevallen zal je chirurg je verwijzen naar de kinesitherapeut voor een revalidatieprogramma.
De eerste zes weken zal er een opbouwend schema van belasten zijn. Nadien gaan de krukken aan de kant en zal de revalidatie zich richten op het verhogen van de spierkracht en functioneel bewegen. Uiteindelijk zal dit leiden tot een volledige terugkeer van een normale functie van de knie.
Eerste dag:
Oefening 1:
Leg je neer en span de voorste dijspier krachtig op, zodat de knieschijf mee omhoog wordt getrokken. Deze samentrekking moet je gedurende 10 seconden volhouden om dan volledig te ontspannen.
Deze oefening doe je 10 keer achter elkaar, en dit 's morgens, 's middags en 's avonds.
Oefening 2:
Ga op de rand van een stoel zitten en leg je voet op een andere stoel. Onder je voet leg je een dik kussen zodat je been in hoogstand ligt. Het onderbeen noch het bovenbeen mag gesteund zijn. Leg een gewichtzak van 2 � 3 kg juist boven de knieschijf en blijf zo 20 tot 30 minuten zitten. Zoek afleiding (bvb TV, boek, breien).
Tweede en derde dag: oefening 1 en 2 herhalen +
Oefening 3:
Leg je neer en strek de knie zoals in oefening 1. Hef dan het gestrekte been 50 cm hoog en houdt het zo gedurende 10 seconden. Laat het dan langzaam terug zakken. Doe dit met de voet naar buiten gedraaid en doe dit 10 keer na elkaar. Weer 's morgens, 's middags en 's avonds.
Oefening 4:
Ga zitten op een tafel en plaats onder uw knie een fles of rol zodat uw knie 30� wordt geplooid. Vervolgens strek uw been gedurende 10 seconden dit 10x 's morgens, 's middags en 's avonds.
Oefening 5:
Je gaat op de rand van de tafel zitten met de voeten van de grond en de knie�n geplooid. Vervolgens ga je zwieren met de benen zodat de knie afwisselend geplooid en gestrekt wordt (30 sec). De plooistand moet zachtjes verhoogd worden.
Vierde t/m zevende dag: alle oefeningen herhalen +
Oefening 6:
Aan je enkel bevestig je een gewichtje d.m.v. een bandje. Vervolgens leg je je neer (bvb. op een tafel) met uw voet juist voorbij de rand van de tafel. Dan span je je dijspieren en hef je het been (met gewichtje) gestrekt 50 cm hoog gedurende 10 seconden. Voer deze oefening 10 keer uit 's morgens, 's middags en 's avonds. Begin met een gewicht dat je toelaat de oefening vlot uit te voeren, nadien (minstens 2x per week) het gewicht verhogen.
Oefening 7:
Herhaal oefening 4 maar bevestig nu een gewicht aan uw been.
Achtste en negende dag: alle oefeningen herhalen +
Oefening 8: Ga fietsen op een vlakke weg. Zorg ervoor dat je zadel hoog staat zodat je soepel kan trappen, zonder je te forceren (kan ook op een hometrainer). Nadien kan je stapsgewijs het zadel steeds wat lager zetten, zodat je knie meer moet plooien.
Tiende dag: alle oefeningen herhalen +
Oefening 9:
Probeer een helling op te fietsen of verhoog de weerstand van uw hometrainer.